Goed nieuws! Nederland wil fiscale loopholes dichten Column over de implementatie Moeder Dochterrichtlijn

Op 15 september 2015 (Prinsjesdag) verscheen het wetsvoorstel voor de implementatie van de recente wijzigingen in de Moeder Dochterrichtlijn (MDR). Het betreft een maatregel tegen hybride leningen en een algemene anti-misbruikbepaling. In gewone mensentaal: Nederland gaat enkele belangrijke fiscale loopholes dichten (een handzaam filmpje is hier te vinden). Deze maatregelen – die nog door de Tweede Kamer moeten worden goedgekeurd – zijn het resultaat van Europese afspraken.

De afgelopen jaren was er veel maatschappelijke onrust omtrent de belastingheffing van met name multinationals. Verschillende spraakmakende zaken kwamen in de media (ik noem de gevallen van Starbucks en ASML), waardoor “gewone mensen” steeds meer het gevoel kregen dat (a) multinationals de boel belazeren en zich ten koste van de samenleving verrijken, en dat (b) de politiek er kennelijk niets aan kan doen (onvermogen) of wellicht niets aan wil doen (onwil). Daarnaast is het fenomeen van dubbele petten geproblematiseerd. Langzaam komt het inzicht dat de betrokkenheid van de (commerciële) belastingadviseurs bij de universiteiten en in de vakliteratuur niet alleen maar voordelen kent. Alles bij elkaar maakt dat het vertrouwen in de internationale fiscaliteit inmiddels behoorlijk onder druk staat.

Nu het Prinsjesdagvoorstel

Hybride leningen behoren tot de standaard uitrusting van de internationale tax planner. Ik zal geen poging doen om in twee zinnen uit te leggen hoe dit type planning werkt (lees daarvoor de uitleg die de Europese Commissie een tijdje geleden publiceerde). Waar het op neer komt is dat een multinational kan bewerkstelligen dat winst die normaliter in een bepaald land belast is, naar een ander land gebracht wordt, alwaar het geld van de belastingheffing is vrijgesteld. Resultaat: er wordt nergens belasting betaald (“dubbele niet-belasting”). Voor een fiscale leek klinkt dit ongetwijfeld als zwarte magie, dus het is goed om te benadrukken dat het gebruik van hybride leningen volstrekt legaal kan zijn.

Beschermen fiscaal vestigingsklimaat weegt minder zwaar

Het tegengaan van loopholes als gevolg van “hybrid mismatches” staat al langere tijd op de agenda. In het geval van de Nederlandse hybride lening geldt zelfs dat het lek op een gegeven moment gedicht is, maar na enige tijd werd heropend. Dit heeft alles te maken met de angst die in Den Haag bestaat voor elke verslechtering van het fiscale “vestigingsklimaat”. Men is bang dat Nederland zich “uit de markt prijst” en dat ondernemingen verkassen naar een land waar ze minder hoeven te betalen (bijv. het Verenigd Koninkrijk).

Het lastige met het vestigingsklimaat-verhaal is dat je het niet precies kunt nameten. De analyse drijft daardoor vaak op boerenverstand en op ervaringsfeiten. Het probleem is echter dat steeds minder “gewone mensen” geneigd zijn om de politiek, de commericiële fiscaliteit of de corporate lobby (o.a. VNO-NCW en de NOB) op de blauwe ogen te geloven. Daar heeft alle media-aandacht wel voor gezorgd. In het verleden hebben veel mensen, die op zich kritisch stonden ten opzichte van het bedrijfsleven, toch het zekere voor het onzekere genomen. Reeds het risico op banenverlies was genoeg om bepaalde loopholes in stand laten. Volgens mij is deze houding stukje bij beetje aan het kenteren. Het argument dat iets “slecht is voor het vestigingsklimaat” maakt minder indruk dan voorheen. Andere (beleidsmatige) factoren worden steeds belangrijker bij de fiscale besluitvorming. Wat mij betreft is dit een goede ontwikkeling, al moeten we het kind niet met het badwater weggooien. Op plaatsen leidt het voorstel in de huidige vorm namelijk tot dubbele heffing. Het is maar de vraag of die uitkomst wenselijk is.

Geen angst om het “braafste jongetje van de klas” te zijn

Naast de zojuist geschetste mentaliteitsvernadering is een andere tendens zichtbaar, te weten de toename van de internationale samenwerking bij het tegengaan van agressieve belastingstructuren. In het verleden was Nederland waakzaam om maar niet het “braafste jongetje van de klas” te zijn op het vlak van fiscale anti-misbruikregels. “Als wij voorop lopen, dan schaadt dat onze positie,” was het devies. Nu steeds meer internationale afspraken tot stand komen, is dit punt wat minder relevant aan het worden. De wijzigingen in de MDR zijn hiervan een goed voorbeeld. De afspraken die er nu liggen moeten door alle lidstaten uiterlijk op 31 december 2015 geïmplementeerd zijn. Dit betekent dat we in Nederland maatregelen kunnen nemen in de wetenschap dat alle andere EU-landen dit ook moeten doen.

Wat wel opvalt is dat het huidig voorstel op punten verder gaat dan hetgeen nodig was geweest om te voldoen aan de Europese verplichtingen. Zo hebben de voorgestelde wijzigingen een wereldwijde werking (en zijn dus niet beperkt tot binnen de EU/EEA), en beslaan ze een aantal gevallen die niet binnen de reikwijdte van de MDR liggen (zie ook: hier). De vraag komt op of het verstandig is dat Nederland zich proactief toont. Ik zou deze vraag bevestigend willen beantwoorden, niet in de laatste plaats met het oog op de ontwikkelingen omtrent het BEPS-project van OESO. De beoogde Nederlandse implementatie van de MDR ligt in lijn met de anti-misbruikvoorstellen die gedurende de komende weken verwacht worden vanuit Parijs. Een strakke implementatie van de Europese afspraken geeft daarom een vertraging (of zo je wilt: uitstel van executie), die de Nederlandse regelgeving onnodig complex zou maken.

Is het voorstel voldoende robuust?

Het sentiment achter het wetsvoorstel lijkt me duidelijk. De vraag is vervolgens of de uitwerking hiervan in de wetstekst en de toelichting het gewenste effect heeft. In de wetenschap dat 10 minuten na het verschijnen van deze tekst de immer bloeddorstige fiscale praktijk zich op de materie gestort heeft, benijd ik de dames en heren van MinFin niet. Als er nog géén nieuwe loopholes gevonden zijn, dan zou dat mij hogelijk verbazen. Hopelijk worden alle imperfecties in de nieuwe tekst tijdig gesignaleerd en verholpen. In het bijzonder denk ik aan de vraag naar de EU-rechtelijke houdbaarheid van de nieuwe bepalingen en de interactie met belastingverdragen (worden die nou wel of niet opzij gezet door de anti-misbruikbepaling van de MDR?).

Herstel de fiscale geloofwaardigheid van Nederland!

Ik kom tot mijn conclusie. Het voorstel past goed binnen de internationale trend, en – dit is eigenlijk nog belangrijker – bij de roep vanuit het grotere publiek tot actie. Het is belangrijk om voor ogen te houden dat Nederland, anders dan hier wel gedacht wordt, een zeer slecht fiscaal imago heeft. Het is nog niet zo lang geleden dat President Obama ons land noemde in het rijtje met tax havens. Hoewel Amerika binnen korte tijd terugkrabbelde, was de schade al aangericht. De latere onthullingen omtrent Starbucks en het Nederlandse tax rulingbeleid hebben dat beeld versterkt. Dit is problematisch, niet in de laatste plaats vanwege het naderend Nederlands voorzitterschap van de EU (eerste helft 2016). De fiscaliteit is één van de grote internationale thema’s van dit moment, en het is dus erg wenselijk dat wij op dit punt geloofwaardig zijn als land.

Het aannemen van het voorliggend voorstel (ontdaan van eventuele manco’s en voorzien van een iets betere toelichting) zou een stap in de goede richting betekenen.

***

About Anna Gunn

Fiscaliste met de specialisaties EU-belastingrecht en fiscale exotica. Geruime praktijkervaring met fiscale staatssteun.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *