Onlangs verscheen in het Financieele Dagblad stevige kritiek van twee prominente fiscalisten op een onderzoek van de Europese Groenen over de belastingafdracht van multinationals (‘Fiscale fact check’, 8 mei 2019). Effectieve tarieven zouden veel hoger zijn dan het onderzoek suggereert. Deels klopt die kritiek en deels ook niet. Het is hoog tijd dat Staatssecretaris Snel van Financiën laat zien hoe het werkelijk zit door betere cijfers te publiceren.
Volgens het onderzoek van de Groenen bedraagt de effectieve belastingdruk voor Nederlandse vestigingen van multinationals gemiddeld 10,4%. In de kritiek wordt onterecht gesuggereerd dat dit cijfer over Nederlandse multinationals gaat. Het onderzoek gaat over Nederlandse vestigingen, waarvan de meeste bij een buitenlandse multinational horen. Bovendien is de verwijzing naar een OESO-rapport, dat een gemiddeld effectief tarief van 23% noemt, misleidend. Dat cijfer is gebaseerd op gestileerde voorbeelden, niet op werkelijke bedrijven.
De kritiek dat het onderzoek geen rekening houdt met de deelnemingsvrijstelling, is wel terecht. In sommige gevallen wordt inderdaad de winst van buitenlandse dochterbedrijven meegerekend, die door Nederland niet wordt belast en doorgaans ook niet mag worden belast. Daardoor wordt het effectieve tarief behoorlijk vertekend. Overigens staat daar een andere vertekening tegenover. Nederlandse rechtspersonen worden veelvuldig ingezet om belastingen in het buitenland te ontwijken of uitstellen. Veel Amerikaanse multinationals ontwijken bijvoorbeeld belasting via zogenaamde CV-BV structuren; die komen niet tot uitdrukking in de cijfers van de Groenen.
In zijn reactie verwerpt Staatssecretaris Snel de methodologie van zowel de Groenen als de OESO. Wel noemt hij inzicht in de belastingdruk van verschillende landen waardevol. In het maatschappelijke debat over belastingheffing op grote bedrijven spelen cijfers namelijk een belangrijke rol.
In de praktijk blijkt dat sommige informatie beter beschikbaar is dan andere. Zo publiceren bedrijven gegevens over belastingen in hun jaarrekening. Helaas is de beschikbare informatie vaak niet afdoende om belangrijke vragen te beantwoorden. Vergelijkend onderzoek tussen landen, zoals dat van de Groenen, kent daarom noodgedwongen beperkingen. We zien dit ook terug in publicaties van maatschappelijke organisaties en politieke partijen over belastingontwijking door specifieke bedrijven, zoals Zara. We analyseerden 15 van zulke studies en daaruit bleek dat de beschikbaarheid van gegevens vaak een knelpunt vormt. Desondanks laten de studies zien dat het effectieve belastingtarief bij Nederlandse vestigingen erg laag kan liggen.
Gegeven het belang van onafhankelijke studies is de oplossing niet dat dergelijk onderzoek voortaan achterwege blijft. Niemand zit te wachten op een fact free belastingdebat. Wat nodig is, is betere data. Op microniveau is meer transparantie door grote bedrijven gewenst en Europese regelgeving kan daar een rol in spelen. Op macroniveau kan de Staatssecretaris zelf statistieken publiceren over winsten, belastingen en effectieve tarieven. Sinds vorig jaar beschikt de Belastingdienst namelijk over uitgebreide rapportages van alle grote multinationals met een aanwezigheid in ons land.
Reactie van:
Anna Gunn
Dirk-Jan Koch
Francis Wezyig
Link naar artikel: Studie naar kwaliteit ngo-rapporten
***
Foto door Maria Elkind via Flickr.com onder Creative Commons licentie.